Wanneer er zorgen zijn over (de verzorging of opvoeding van) de kinderen, kunt u te maken krijgen met een kinderbeschermingsmaatregel, zoals een ondertoezichtstelling. Als de rechter een ondertoezichtstelling uitspreekt, krijgt u een gezinsvoogd toegewezen vanuit een gecertificeerde instelling.
De gezinsvoogd wordt soms ook wel de jeugdbeschermer of een jeugdmanager genoemd. De gezinsvoogd gaat met de ouders en het kind in gesprek. Door gesprekken te voeren krijgt de gezinsvoogd meer informatie over de situatie. Het is de taak van de gezinsvoogd om het welzijn van het kind in de gaten te houden en in te grijpen wanneer dat nodig is.
De ouders blijven verantwoordelijkheid voor hun kind, maar de gezinsvoogd begeleidt het gezin en dient ondersteuning te bieden aan zowel de ouders als het kind. Dit kan gaan om ondersteuning op emotioneel gebied, maar ziet ook op praktische zaken.
De gezinsvoogd maakt een plan van aanpak. Dit is een schriftelijk verslag, waarin staat welke doelen er gehaald moeten worden om de zorgen weg te nemen, zodat de ouders uiteindelijk weer zelf alle opvoedingsverantwoordelijkheid op zich kunnen nemen. Ook kijkt de gezinsvoogd hoe deze doelen behaald kunnen worden. Dit kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld:
De ouders zijn verplicht om de hulp en ondersteuning van een gezinsvoogd bij de opvoeding te accepteren.
Soms verloopt de samenwerking met een gezinsvoogd niet goed. De communicatie verloopt niet goed, u voelt zich niet gehoord of u bent van mening dat niet de juiste hulp wordt ingezet. Er zijn verschillende mogelijkheden om hier als ouder iets aan te doen.
Een gezinsvoogd is werkzaam bij een gecertificeerde instelling. Een optie is om een gesprek aan te vragen met de gezinsvoogd en zijn/haar leidinggevende van de gecertificeerde. Tijdens dit gesprek kan je aangeven waar je mee zit, zodat er met elkaar over gesproken kan worden.
Mocht dit niet tot een oplossing leiden, dan is het mogelijk een officiële klacht in te dienen bij de gecertificeerde instelling. Iedere instelling van een gecertificeerde kent een eigen klachtenprocedure. Het is belangrijk deze bij de instelling op de vragen of te kijken of deze op de website van de gecertificeerde instelling staat opgenomen. Vaak moet een klacht binnen één jaar worden ingediend. Het advies is om een klacht zo spoedig mogelijk in te dienen.
Bij voornoemde opties is het ook mogelijk om een andere gezinsvoogd te vragen. Uiteraard is het belangrijk dat gemotiveerd wordt aangegeven, waarom dit in uw situatie van belang is.
Iedere ouder, elke jongere en elk kind die te maken krijgt met jeugdhulp, kan hulp en ondersteuning vragen bij het AKJ. Het AKJ kan o.a. advies en informatie geven, biedt vertrouwenspersonen en biedt ook klachtenondersteuning.
Op het moment dat er vragen zijn over de uitvoering van de ondertoezichtstelling, het werk van de gezinsvoogd, is het verstandig om te bellen met het AKJ. Zij luisteren naar uw verhaal en kunnen op basis daarvan het beste beoordelen op welke manier zij u verder kunnen helpen.
Voor meer informatie: www.akj.nl
De kinderombudsman is er voor kinderen en jongeren tot 18 jaar. Zij helpen hen om voor hun rechten op te komen. Zij geven advies over wat je het beste kan doen, gaan met de betrokken organisaties praten of starten een onderzoek.
Voor meer informatie: www.dekinderombudsman.nl
Als de hiervoor geboden opties niet tot het gewenste resultaat leiden, kan er mogelijk ook een verzoek worden ingediend bij de rechtbank.
We hebben het dan in eerste instantie over de geschillenregeling of over verzoeken naar aanleiding van een schriftelijke aanwijzing van een gezinsvoogd. Dit verzoek moet worden ingediend door een advocaat. De kinderrechter zal een zitting plannen en met alle betrokkenen in gesprek gaan. Als er geen oplossing wordt gevonden, zal de rechter een beslissing nemen. Hier dient vervolgens uitvoering aan gegeven te worden.
Een andere optie is vaak nog een verzoek om een andere gecertificeerde instelling. Dat moet dus niet alleen de gezinsvoogd worden vervangen, maar de gehele instelling. Voor deze procedure is een goede motivering wel erg belangrijk. Ook dit verzoek moet worden ingediend door een advocaat, waarna er een zitting zal worden gepland op de rechtbank.
Voor minderjarige kinderen (vanaf 12 jaar) bestaat er nog de informele rechtsingang. Minderjarigen kunnen zelf een brief schrijven naar de rechtbank en aangeven dat zij het niet eens zijn de hulp van hun gezinsvoogd. De kinderrechter kan op basis van de brief afwegen of zij het kind uitnodigen voor een gesprek
Tot slot
De gezinsvoogd heeft een grote rol in het leven van ouders en het kind als er sprake is van een ondertoezichtstelling. De ouders zijn verplicht om de hulp te accepteren, maar mogen uiteraard hier wel kritisch op zijn. De hiervoor beschreven opties zijn de meest voorkomende mogelijkheden voor ouders om op te treden tegen een gezinsvoogd. Heeft u nog vragen? Neemt u dan gerust contact met ons op.
Over de auteur