Wanneer kan een OTS worden uitgesproken als een omgangsregeling niet werkt?

doorArjan

Wanneer kan een OTS worden uitgesproken als een omgangsregeling niet werkt?

Op 19 februari 2016 heeft de Hoge Raad nog een duidelijk gemaakt hoe een niet werkende omgangsregeling zich verhoudt tot een niet functionerende omgangsregeling (ECLI:NL:HR:2016:295). De Hoge Raad benadrukt dat een OTS eerst kan worden toegestaan om een omgangsregeling mogelijk te maken, als sprake is van een ernstige bedreiging in de ontwikkeling van het kind en dat andere, minder zwaarwegende alternatieven, niet mogelijk zijn.

Wanneer mag OTS uitgesproken worden

Dit oordeel is op zichzelf genomen niet heel verrassend te noemen. Reeds in 2001 oordeelde de Hoge Raad dat de OTS-maatregel een inbreuk betekent op het gezinsleven van de ouder en zijn kind. Een inbreuk daarop is alleen gerechtvaardigd als deze z’n basis vindt op de in de wet aangegeven gronden in het belang van het kind. 

Het opleggen van de maatregel van ondertoezichtstelling kan passend zijn als een omgangsregeling niet is uitgesproken of niet werkt. Als de rechter de reden van een ouder om niet mee te werken aan de totstandkoming of de uitvoering van een OTS niet voldoende acht, dient hij zelf actie te ondernemen en dient hij spoedig alle gepaste maatregelen te nemen om de ouder in kwestie toch aan te sporen hieraan mee te werken. Dat kan mediation zijn, of het gelasten van een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming of een deskundigenbericht.

Verweer tegen een verzochte OTS

Kortom, het voeren van verweer  tegen een verzochte OTS om een omgangsregeling daarmede af te dwingen kan onder omstandigheden zin hebben. Met name als gesteld en aangevoerd kan worden dat hetzelfde resultaat bereikt kan worden door het toepassen van minder ingrijpende alternatieven dan het middel van OTS. Wilt u meer weten, neem dan gerust contact met ons op.
 

Over de auteur

Arjan administrator